Programma's

Welzijn en Zorg

Wmo

Dit onderdeel gaat over het gebruik van de Wet maatschappelijke ondersteuning; het aantal cliënten en zorgsoorten, ontwikkeling daarin, kenmerken van de cliëntgroep(en), oordeel over de hulp en de kosten voor de gemeente.

Wmo (exclusief beschermd wonen); cliëntaantallen, ontwikkeling en soorten hulp

In 2020 kregen ruim 12.600 cliënten ondersteuning uit de Wmo, exclusief beschermd wonen. Onderstaande figuur laat zien dat dit aantal sinds het begin van 2018(met een stand van bijna 11.500 cliënten)  is gegroeid. Voor het tweede kwartaal van 2020 valt op dat het totale cliëntaantal een daling laat zien. Dit komt doordat de dienstverlening bij verwijzers als het sociaal wijkteam bemoeilijkt werd door de coronacrisis. Na het tweede kwartaal neemt het cliëntaantal weer toe. Gekeken naar de verschillende zorgsoorten toont de figuur dat de groei in cliënten zit bij de cliënten huishoudelijke hulp en hulpmiddelen en veel minder bij ondersteuning en verblijf.


Figuur: Unieke cliënten Wmo (excl. beschermd wonen) totaal en naar zorgsoort: 2018 - 2020
Bron: Registratie gemeente Nijmegen

De cliëntgroep met hulpmiddelen is het grootst (6400 cliënten in 2020). Deze groep bestaat voor meer dan de helft uit cliënten met een vervoersvoorziening (5360 cliënten in 2020), gevolgd door woonvoorzieningen (2000 cliënten in 2020) en rolstoelen (1630 cliënten in 2020). In omvang wordt de cliëntgroep hulpmiddelen gevolgd door cliënten huishoudelijke hulp (5750 cliënten in 2020) en begeleiding en dagbesteding (3650 cliënten in 2020). De kleinste groep vormen de cliënten met verblijf (690 cliënten in 2020). Het verblijf in deze groep is  (anders dan bij beschermd wonen) gericht op de korte termijn. Veel cliënten krijgen meerdere soorten ondersteuning. Er zit daarom de nodige overlap tussen de vier cliëntgroepen. Lees hierover meer onder 'stapeling van sociale regelingen' (zie menu links).

Kenmerken cliënten Wmo (excl. beschermd wonen)

Onderstaand overzicht laat voor cliënten hulpmiddelen (vervoersvoorzieningen/woonvoorzieningen/rolstoelen), huishoudelijke hulp en begeleiding/Wmo verblijf zien hoe de groepen (in 2020) zijn opgebouwd qua geslacht, leeftijd en (migranten)herkomst. De cliëntgroepen hulpmiddelen en huishoudelijke hulp hebben veel raakvlakken; in meerderheid vrouw, een kwart tot een derde jonger dan 64, met relatief wat minder cliënten met een niet-westerse migratieachtergrond (resp. 10% en 9%, tegen 15% in de totale bevolking). De cliëntgroep begeleiding/Wmo verblijf ziet er anders uit; wat meer mannen dan vrouwen, in meerderheid jonger dan 64 en relatief wat meer cliënten met een niet-westerse migratieachtergrond (20%, tegen 15% in de totale bevolking).


Figuur: Geslacht, leeftijd en herkomst naar soort Wmo-hulp
Bron: Registratie gemeente Nijmegen

Spreiding cliënten over de stad

Onderstaande figuur toont de spreiding van Wmo-cliënten over de 10 wijkteamgebieden in de stad. Absoluut gezien wonen de meeste cliënten in Dukenburg en Nijmegen-Oost (beide bijna 2.100). Het aantal Wmo-cliënten als aandeel van de bevolking is het hoogst in Hatert en Dukenburg (resp. 14,5% en 11,5%). In het Centrum en Nijmegen-Noord zijn de cliëntaantallen zowel absoluut (550à 600) als relatief het laagst (resp. 5% en 4%).


Figuur: Cliënten Wmo per gebiedsteam; absoluut en als aandeel van inwoneraantal
Bron: Registratie gemeente Nijmegen

Onderstaande kaart toont de spreiding van Wmo-cliënten meer gedetailleerd, op wijkniveau. Het aandeel cliënten in de bevolking (boven de 18) is het hoogst in Hatert (14,5%), Goffert (14,5%) en Lankforst (11%). Het laagst scoren Ressen (2%) en Heijendaal (3,5%).


Figuur: Aandeel cliënten Wmo per wijk
Bron: Registratie gemeente Nijmegen

Wmo beschermd wonen

In 2020 woonden ruim 1350 cliënten in een beschermde woonvorm. Het aantal cliënten neemt sinds 2018 licht af; van 1470 cliënten in 2018, naar 1400 in 2019 en 1390 in 2020. De grootste aanbieders zijn de RIBW (42% van de cliënten) en Iriszorg (15% van de cliënten). De overige cliënten worden gehuisvest door 30 kleinere aanbieders. Indicatiestelling voor beschermd wonen gebeurt bij de GGD.

Kenmerkend aan de cliëntgroep is dat deze in meerderheid bestaat uit mannen (65%) onder de 65 jaar (91%) (zie onderstaande figuur). Nijmegen heeft voor beschermd wonen een regiofunctie, wat betekent dat Nijmegen het beschermd wonen ook verzorgt voor cliënten uit de regio (Rijk van Nijmegen en Gennep, Tiel, Culemborg, Neder-Betuwe, West Maas en Waal, Buren, West Betuwe). In 2020 woonden 775 cliënten in Nijmegen (57%), de rest woont in de regio (en zo’n 100 cliënten daarbuiten).


Figuur: Geslacht en leeftijd van cliënten beschermd wonen
Bron: Registratie gemeente Nijmegen

Oordeel over Wmo-hulp

In gemeentelijk cliëntervaringsonderzoek schommelt het rapportcijfer dat Wmo-cliënten geven voor het regelen van hun ondersteuning, rond de 7. De kwaliteit ligt de afgelopen jaren rond de 7,5 en scoort daarmee hoger. Het element dat de afgelopen jaren het laagst werd beoordeeld is de snelheid waarmee men is geholpen. Van de cliënten die in 2019 hulp kregen is 1 op de 5 hier ontevreden over. Het oordeel van cliënten beschermd wonen blijft over de jaren op onderdelen achter, zowel als het gaat om het regelen van hulp als de hulp zelf.  

Figuur: Rapportcijfer regelen en kwaliteit Wmo-hulp 2017 - 2019
Bron: Gemeentelijk cliëntervaringsonderzoek

Kosten Wmo (incl. beschermd wonen)

Onderstaande figuur laat de kosten zien van de verschillende soorten Wmo-hulp. De grootste kosten zijn gemoeid met de cliënten Wmo verblijf; bijna 41 miljoen in 2020 (nagenoeg gelijk aan 2019). Daarna volgt Wmo ondersteuning met bijna 15 miljoen (3,5 ton lager dan in 2019). De kosten voor huishoudelijke hulp waren ruim 12,5 miljoen (7 ton hoger dan in 2019, conform het groter cliëntaantal).  Aan hulpmiddelen werd ruim 3,2 miljoen besteed (ruim 3,5 ton meer dan in 2019).


Figuur: Kosten Wmo naar type zorg, 2019 - 2020 (x 1000)
Bron: Registratie gemeente Nijmegen

Deze pagina is gebouwd op 04/19/2021 22:14:42 met de export van 04/19/2021 21:59:41