Programma's

Werk en Inkomen

Werkgelegenheid

In 2011 telde Nijmegen voor het eerst meer dan 100.000 banen. Tijdens de “tweede dip” van de zgn. grote recessie gaan er ca. 3.000 banen verloren. Van 2014 tot 2017 verloopt de banenontwikkeling opmerkelijk vlak, zo rond de 97.500 banen. Na 2017 trekt de banengroei over een breed front flink aan. Met een plus van ca. 7.500 banen komt het aantal banen in de stad najaar 2020 op 105.500 banen. In het corona-jaar 2020 is het verloop indicatief. Er wordt overall nog een doorgroei van 1000 banen geregistreerd. Maar vergeleken met 2019 is het duidelijk dat de horeca met een verlies van 850 banen (-15%) al laat zien dat 2020 voor deze sector een slecht jaar is, vergeleken met de voorspoed in de jaren ervoor.
Het aantal vestigingen in de stad groeit met ruim 500 per jaar constant door in de laatste 10 jaar. In de laatste twee jaar loopt de aanwas zelfs op tot 1000 per jaar van 2019 naar voorjaar 2020. Daarna valt de aanwas zeer sterk terug naar minder dan 100 groei tussen april en september, in het corona-jaar 2020.

Werkgelegenheid: topjaren gehad, maar niet bovengemiddeld

In de grote recessie na de kredietcrisis heeft het grote aandeel werkgelegenheid in het zorg-onderwijscluster gezorgd voor enig tegenwicht tegen het grote banenverlies in de marktsector. Niettemin verloor de stad in die periode veel banen, vooral tussen 2011 en 2015/16. In 2016 tot 2019 loopt het aantal banen flink op. Vooral door de groei in de marktsector. De grote onderwijs en zorg-sector groeit wel, maar vrij traag. In 2020 slaat dat beeld om. De marktsector voelt de gevolgen van de corona-crisis sterker van de onderwijs-zorgsector. Die laatste sector laat een groei zien, waardoor de banenontwikkeling in totaal nog steeds positief uitvalt. Na gezondheidszorg en onderwijs is de zakelijke dienstverlening de derde in rij wat betreft groei in 2019-2020. Krimp zien we in de horeca (-850 banen), een duidelijk corona-effect. De industrie verliest bijna 400 banen van 2019 naar 2020. In de detailhandel is er van 2019 tot najaar 2020 opmerkelijk genoeg toch nog sprake van groei.


Figuur 1 Banenontwikkeling Nijmegen jaar-op-jaar, totaal en verdeeld naar marktsector en gepremieerde en gesubsidieerde sector (overheid, onderwijs, zorg); 2011-voorjaar en najaar 2020. Bron: PWE-Gelderland, 2021


* gegevens najaar 2020 zijn per sector uitgesplitst indicatief

Figuur 2 Banen naar bedrijfsactiviteit 2016-2020; PWE-Gelderland 2021


Figuur 3 Banen van werknemers (CBS) Kennissteden, december 2010 - december 2019; indexcijfers 2010=100

Bij banen van werknemers (CBS) en LISA-gegevens (werknemers + zelfstandigen) kunnen we een stedenvergelijking maken. Daar zien we tussen eind 2010 en eind 2019 in Nijmegen en de buurstad Arnhem een bescheidener ontwikkeling in banen van werknemers dan in de kennissteden als geheel. Met name Tilburg, Groningen en Eindhoven onderscheiden zich door een sterkere banengroei van werknemers dan gemiddeld voor de kennissteden. Bij Tilburg en Groningen is er wel een invloed van uitbreiding door gemeentelijke herindeling. In de LISA-gegevens (incl. zelfstandigen) vanaf 2015 tot 2019 zien we ongeveer hetzelfde beeld: de banengroei in Nijmegen en Arnhem blijft wat achter ten opzichte de overige kennissteden.  Dit ondanks de recente forse groeispurt van Nijmegen.

Figuur 4 Banen totaal, Nijmegen, Arnhem en de kennissteden vergeleken index 2015=100; bron: LISA

Topsectoren

Er worden in Nederland negen topsectoren onderscheiden. Het sterkst is Nijmegen vertegenwoordigd in life sciences. Een beperkte uitsnede van ruim 10.000 banen uit vooral de omvangrijke zorgsector die 30% van de banen in de stad omvat.  Dat is ook de specialisatie die het meest onderscheidend is voor Nijmegen. Na Leiden is Nijmegen de tweede qua specialisatie op life sciences onder de kennissteden.
Ondanks de sluiting van de kolencentrale, valt op dat Nijmegen ook bovengemiddeld veel banen in de energiesector kent. Ook in de high tech sector kent de stad relatief veel banen.

Figuur topsectoren in Nijmegen, naar omvang in banen; bron: LISA

Wanneer we kijken naar de banengroei in de wat grotere topsectoren, dan doet de creatieve industrie het het best met in  2018 9% meer banen sinds 2013. Life sciences dikt 6% aan, terwijl chemie en high tech net boven de gemiddelde banengroei van 2% scoren.

Deze pagina is gebouwd op 04/19/2021 22:14:42 met de export van 04/19/2021 21:59:41