Programma's

Cultuur en Cultureel Erfgoed

Cultureel erfgoed

  • Voor sommige soorten cultureel erfgoed is het aantal in Nijmegen lager dan in de benchmarksteden (rijksmonumenten, gemeentelijke monumenten), voor andere soorten hoger (archeologische monumenten/complexen/terreinen en oorlogsmonumenten).
  • Diverse initiatieven in het kader van Verleden Verbeeld worden positief beoordeeld.
  • Veel Nederlanders vinden ‘historische stad’ een passende omschrijving van Nijmegen.

Divers aanbod cultureel erfgoed

Voor sommige soorten cultureel erfgoed is het aantal in Nijmegen lager dan in de benchmarksteden, voor andere soorten hoger:

  • In 2019 telde Nijmegen 262 rijksmonumenten. Dat is meer dan in Eindhoven en Enschede en minder dan in de andere benchmarksteden. Van die steden tellen Maastricht en Leiden veruit de meeste rijkmonumenten. Het meest bezochte rijkmonument in Nijmegen is de Stevenskerk (125.000 bezoeken in 2019; een deel van 2019 jaar is men bij wijze van proef entree gaan heffen).
  • Het aantal gemeentelijke monumenten is in Nijmegen (circa 500) hoger dan in Enschede en Tilburg en lager dan in de andere benchmarksteden. Ook op dit punt staan Leiden en Maastricht duidelijk bovenaan.
  • Nijmegen telt veel archeologische rijkmonumenten, complexen en terreinen (in totaal 54 eind 2018). Van de benchmarksteden telt alleen Groningen er meer. Ook zijn er in Nijmegen, net als in Arnhem, meer oorlogsmonumenten (60) dan in de benchmarksteden.
  • Verder telt Nijmegen twee beschermde stadsgezichten (benedenstad en 19 e -eeuwse schil). Dat is minder dan in Groningen, Arnhem en Eindhoven.
  • In zes Nijmeegse musea is erfgoed te zien: Museum Het Valkhof, De Bastei, Velorama (nationaal fietsmuseum), Museum voor Anatomie en Pathologie, het Infocentrum WO2 en het Gebroeders van Lymborch huis. In vergelijking met de benchmarksteden is het aantal musea in Nijmegen gemiddeld.

Het Huis van de Nijmeegse Geschiedenis, dat als startpunt dient voor iedereen die meer van de geschiedenis van de oudste stad van Nederland wil weten, telde in de periode 2015-2019 jaarlijks gemiddeld 26.000 bezoeken (23.000 in 2019).
In 2019 werd de studiezaal van Het Regionaal Archief Nijmegen 5.600 keer bezocht (evenveel als in 2018). Door de coronacrisis daalde dit aantal naar ruim 2.150 in 2020. De digitale studiezaal werd in 2020 juist meer bezocht (150.246 keer; +11,7% ten opzichte van 2019).

Initiatieven Verleden Verbeeld positief beoordeeld

In de afgelopen jaren is op diverse plekken het verleden van de stad meer zichtbaar geworden (Verleden Verbeeld). Eind 2015 is onder het stadspanel onderzoek verricht naar wat de panelleden vinden van 14 initiatieven op dit vlak. Diverse initiatieven blijken goed bekend en veel gezien/bezocht te zijn. Ook worden veel initiatieven aantrekkelijk gevonden. De volgende initiatieven scoren op alle drie de punten - bekend, bezocht/gezien en aantrekkelijk - goed: Huis van de Nijmeegse Geschiedenis, Open Monumentendag, Reconstructie ´Verloren Toren´ en ´Vrede van Nijmegen zaal’ in Museum Het Valkhof. Vijf initiatieven zijn relatief minder gezien/bezocht, maar scoren hoog op aantrekkelijkheid: Nijmegen graaft! (publieksopgraving in april-mei 2014 in het Waalfront), de Liberation route in Nijmegen en omgeving, de visualisaties van de verdwenen St. Janskapel en van twee grafkeldertjes op de Korenmarkt, Tijdpad (wandeling langs het Romeins verleden in Nijmegen-Oost) en 024geschiedenis (de 24 uur van de Nijmeegse geschiedenis). Aan het panel zijn 19 nieuwe ideeën voor het zichtbaar maken van het verleden van Nijmegen voorgelegd. Het meest aangevinkt als ‘beste nieuwe ideeën’ zijn: het beter zichtbaar maken van de Romeinse geschiedenis in het centrum, een website met alle historische locaties en evenementen, het beter zichtbaar maken van de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog in het centrum, gebouwen in de historische binnenstad toegankelijk maken voor bezoek en het terugbrengen van resten van de Romeinse muur op de Waalkade.

Nederlanders vinden 'historische stad' passende omschrijving

In 2005 vierde Nijmegen haar 2000-jarig bestaan. Voorafgaand aan ‘Nijmegen 2000’ (in 2004) waren Amsterdam en Maastricht de meest genoemde steden bij de vraag naar de oudste stad van Nederland. Na afloop van ‘Nijmegen 2000’ werd Nijmegen het meest genoemd. Uit het in 2015 verrichte imago-onderzoek onder Nederlanders blijkt dat Nijmegen bij vraag naar de oudste stad nog steeds het meest genoemd wordt (35%) met Maastricht en Amsterdam op de tweede en derde plaats (31 respectievelijk 16%).
Circa een kwart van de Nederlanders denkt bij Nijmegen spontaan aan zaken die met de geschiedenis van de stad te maken hebben. Van alle voorgelegde beschrijvingen van Nijmegen (onder meer loopstad, studentenstad, cultuurstad, kennisstad en duurzame stad) vinden de Nederlanders ‘historische stad’ het vaakst een passende omschrijving (70%). Twaalf procent van de bezoekers van Nijmegen komt onder meer naar Nijmegen om er de geschiedenis van de stad te ervaren. Een hoog percentage daarvan is positief over wat Nijmegen op dat vlak te bieden heeft (93%). En het ervaren van de geschiedenis is veel genoemd als reden waarom men de stad in de toekomst wil gaan bezoeken. De meest genoemde reden is het gaan bekijken van de binnenstad.

Deze pagina is gebouwd op 04/19/2021 22:14:42 met de export van 04/19/2021 21:59:41